jaar 3.1 Weer op de pot

Het is nu denk ik een jaar geleden dat Martina van de huishoudbeurs kwam met een speciaal potje voor Chris. Nieuw = leuk, en dat bleek ook wel in het begin. Meteen was het aantrekkelijk voor hem om een plas erop te doen of in een enkele uitzondering ook erop te poepen. Maar na een wat traumatische ervaring, waarbij hij in plaats van een keutel een goede diarree produceerde heeft hij het nog wel een tijd aantrekkelijk gevonden om erop te zetten, maar daar bleef het dan ook bij. Zijn stickers verdiende hij door trouw net lang genoeg op het potje te blijven zitten. Eigenlijk best wel jammer.

In de zomervakantie, waarschijnlijk door de grote mate van aandacht, was er even een opleving. Ook hier gold nieuw = leuk. In het Duitse vakantiehuisje stond zijn pot op een nieuwe plek, had hij een nieuwe plaats om zijn stickers te plakken, genoeg redenen om weer eens lekker gebruik te maken van het potje. En ook daarna weer kwam de klad er snel in. Aan alle kanten krijg je dan hetzelfde advies: het komt vanzelf goed. Regelmaat, de oplossing voor alles natuurlijk, in dit geval is dat routine, helpt om hem regelmatig op het potje te zetten. Het consultatiebureau adviseerde om bij voorbeeld bij het pyjama aantrekken ’s avonds even een bezoekje aan het potje te brengen. Geen zin? Geeft niks.

Hij is nu drie. Ik kan beter zeggen: hij is al drie! Voor mijn gevoel duurt het niet lang meer voordat hij naar school toegaat. En in de praktijk duurt het natuurlijk ook nog maar een jaar. Nog maar een jaar voordat hij naar school gaat. Ik vind het ongelooflijk. Op veel manieren geeft hij aan dat ieder al aan toe is. Hij herkent cijfertjes, kan al verder dan 10 tellen, wijst woordjes aan en vraagt dan wat dat betekent, hij heeft het voortdurend over school, waarbij hij echt niet de dagopvang bedoeld, kortom: ons jongetje wil leren. Dat gecombineerd met zijn enorm schattige kleine voorkomen, zijn wijze babbel, en zijn ietwat onhandige manier van voortbewegen, maakt hem natuurlijk enorm leuk. Het lijkt me zo geweldig om hem te zien zitten in een schoolbank.

Maar voordat hij naar school toe gaat zal hij toch echt zindelijk moeten zijn. De dochter van mijn goede vriend werd de week voordat ze naar school toeging zindelijk. Dat is mij iets te krap. Maar het zegt wel iets over dat kinderen donders goed aanvoelen wanneer er noodzaak is om te veranderen. Dat laatste haalt mij in mijn professionele leven ook enorm bezig. Steeds vaker gaat er over de toonbank dat hij niet meer in een kennismaatschappij leven, maar dat het steeds belangrijker wordt om kennis te kunnen vinden. Het examen doet daar maar beperkt aan mee overigens. Bijvoorbeeld na de invoering van het VMBO is er een poging gedaan om meer aandacht aan interpretatie vraagstukken. Echte scheikundigen zagen ineens hun vak devalueren, want in plaats van iets kennen en daarna toepassen, kwam er een eenvoudig stuk tekstverklaren te voorschijn. Op zich is daar niks mis mee, maar de verwachting bij de bèta georiënteerde persoonlijkheden was dat dat toch wel erg eenvoudig moest zijn. Nu is er een groep leerlingen die daar moeite mee heeft. Maar het overgrote deel van de leerlingen die ik in mijn klas heb gehad kan prima met dit soort vraagstukken omgaan. Het worden een soort ‘compensatie vraagstukken’ voor die vreselijk moeilijke zaken die bij scheikunde gevraagd worden. Ook daar is niks mis mee, maar het heeft wat mij betreft niet zoveel te maken met de kern van de scheikunde. Elk jaar weer heb ik de frustratie van het gebrek aan kennis en leervaardigheden van leerlingen. Een simpel rijtje samengestelde ionen leren is al te veel moeite, en dat heeft niets met ‘snappen’ te maken. Een groot beklag dat dit niet te vinden is in de BINAS, maar ze komen geen stap verder. Maar zo in de maand april bloeien als ineens een aantal leerlingen op. Daar hoef ik niets voor te doen.  De realisatie van het aankomende examen opent ineens mogelijkheden en inzichten die totaal vertroebeld waren. Vreemd is dat, maar wel waar.

Er zit nog een ander probleem bij: leerlingen denken dat ze goed instaat zijn om informatie op te zoeken. Maar in de praktijk zijn ze goed in het knippen en plakken van informatie van het Internet: Ze lezen dit niet, ze snappen het niet, en ze controleren het niet. En als je ze daarop aanspreekt snappen ze ook niet waar je het over hebt. Dat is wel een kansloos cirkeltje. Op de lagere school moeten ze regelmatig informatie opzoeken bij voorbeeld over een dier. Daarover moeten ze dan een presentatie houden. Erg veel eisen aan de inhoud worden niet gesteld. Vaak wel over de vorm overigens, en over de manier van presenteren. Ik zie inderdaad steeds vaker leerlingen die best instaat zijn om een voetje voor de klas te doen. Maar wat ze zeggen … wat mij betreft is het ver ondermaats.

Een collega Nederlands kwam laatst met een onderzoek naar voren toe waarbij gekeken werd hoe vaardig leerlingen zijn ten opzichte van de kennis die zij bezitten. Veel kinderen zijn erg handig met verschillende soorten computerspelletjes. De techniek van het spelen, de oog- handcoördinatie en de snelheid daarvan is sterk ontwikkeld. En een bijkomend effect is dat kinderen goed instaat zijn om te anticiperen op aankomende problemen. In een computerspel zijn namelijk verschillende levels met verschillende soorten van problemen. Daarop anticiperen is iets wat als vanzelf wordt aangeleerd. Dat kun je natuurlijk verder vertaald naar de huidige praktijk. Ik zou erg blij zijn met leerlingen die niet alleen een vraagstuk oplossen, maar ook gaan kijken naar het volgende hoofdstuk. Maar ook denk ik dat de manager bij de Albert Heijn erg blij is met de vakken vullen die de kar alvast op de goede volgorde zet om zo de werkzaamheden voor andere mensen eenvoudiger te maken. En zo denkt iedereen natuurlijk ook na over het eigen management. Een belangrijk onderdeel van manager en besturen is om te anticiperen op wat er komen gaat. Maar het ideale plaatje heb ik helaas nog niet gezien of herkend. Binnenkort op de NOT zal ik weer doodgegooid worden met game-based learning. Maar kennis daarbij… ik zal het moeten zoeken en weet niet of ik dat vinden kan.

In het kader van een valse besparing heb ik laatst luiers van de Kruidvat gekocht. Ik geloof er niet zo heel erg in dat luiers van de huismerken per definitie slechter zijn. Ze zijn wat stugger heb ik gemerkt en ik hoop er op dat ze wat minder goed zijn in vochtopname. Vorige week viel hij in Batavia Stad in een plas. Je had hem moeten zien lopen: wijdbeens en maar klagen. De natte vieze broek is niks voor hem. Maar het zette me wel aan het denken, er ligt natuurlijk een kans. Vandaag heb ik hem meer dan een ochtend in 1 luier laten lopen en hem steeds gevraagd of hij wilde plassen. Maar er kwam niets van. De luier was bol, zijn huid vochtig, maar kennelijk was die warme natte lap best aangenaam voor hem. Aangenaam genoeg in ieder geval om geen andere keuze te maken. Misschien even doorzetten, misschien vaker proberen. Misschien gewoon zonder luier. Ach het sal wel goe komn.

jaar 2.12 Rosanne

Sinds the voice of Holland zijn er een aantal juryleden bekender dan de kandidaten. Nick en Simon die jarenlang in de schaduw van Jan hebben gestaan, staan nu in het middelpunt. Ik heb niet veel met deze vorm van muziek. Net als BZN is het makkelijke muziek, met eenvoudige rijmpjes en nootvolgorde. Leuk is de meerstemmigheid, dat geef ik toe. Maar toen Chris ineens ‘Rosanne’ begon te zingen, had ik toch wel wat vragen. Natuurlijk kun je niet meteen verwachten dat een kind van bijna 3 een mopje Pink Floyd ten gehoren brengt, of anders iets van Sting of zo, maar dit is ook wel een heel andere kant. De sinterklaasliedjes waren leuk, de kerstliedjes galmt hij ook al mee, maar dit moet ik even verwerken. Het had nog erger gekund overigens. Dat houdt me op de been.

jaar 2.12 gezellige stappen

Afgelopen vrijdag wilde ik een nieuwe bril gaan uitzoeken. Almere had ik al afgestruind, maar het model titanium-met-brede-pootjes kon ik niet vinden helaas. Wel een aantal dicht-in-de-buurt, maar het ultieme model was er niet. Nu draag ik al een bril sinds mijn derde en pretendeer ik goede keuzes te kunnen maken: Kwaliteit gaat voor de prijs, vakmanschap herken je aan finesses en een bril kopen is geen proces van overhalen. Dus vallen dan een aantal opticiens af zoals vriend Hans en die hele goedkope savers. Die weten met mijn wensen en brilsterkte niet om te gaan.

Chris en ik gingen naar de oude woonplaats Hilversum waar van Gestel zit, een gerenomeerde opticien. Het is nog net geen zaak met een gouden randje, maar je kan er goed vergelijken en wordt goed geholpen. Ik vind het altijd een beetje spannend met zo’n klein mannetje. ‘Zal hij goed luisteren?’ en ‘heeft hij goede zin?’ zijn van die voorwaarden waardoor het winkelen gezellig wordt. Nou, hij luisterde prima en had ook erg goede zin. In de winkel, waar allemaal laatjes waren die zomaar open konden, losse brillen op zijn hoogte, drie stands met info boekjes en een elektronisch ook voor de deurbel, zei ik dat hij best mocht kijken, maar dan zijn handjes op zijn rug moest houden. En dat deed ie. Dat is ook zo leuk aan hem. De juffrouw nam de tijd om de modellen te voorschijn te toveren en Chris keek gretig mee. Hij vroeg haar de ogen van het hoofd:
“Is dat een zonnebril?”.
“Mevrouw, is dat een zonnebril?”.
“MEVROUHOUW, mag ik ook een zonnebril?” als ze niet snel genoeg antwoord gaf.
Het mooiste moment was toen we aan een tafeltje gingen zitten en even snel gingen bereken wat de totale prijs met mijn glazen zou gaan worden. Aanvankelijk zat hij ook op zijn stoel, maar toen zij op een toestenbord begon te typen en op een scherm keek was Chris erg resoluut: “Ik wil ook pjuter kijken!” Hij klom van zijn stoel af om bij die nette opticien juffrouw op schoot te klimmen. Ik waarschuwde haar. “Nu wil hij op schoot”. “Hoe moet dat dan?”vroeg ze wat wijfelend. Maar Chris vond uiteraard wel een oplossing. Hij trok zich op aan haar nette kleren en nestelde zich op haar schoot. De juffrouw hoefde niet zoveel te doen. Maar zoals thuis, wilde hij ook meteen aan de muis zitten want dat is zijn nieuwe passie. Om hem tevreden te stellen zei ik dat hij thuis met de muis mocht, en dan is het goed voor Chris.

We gingen nog naar een ander filiaal. Chris was voorbeeldig. Handje op de stoep vasthouden, auto in, koekje eten, wat te drinken, auto rijden, parkeren, kaartje kopen, in het karretje zitten want op de Gijsbrecht van Amstel is het erg druk, winkel in, even shoppen en daarna zingend weer terug naar de auto: “sjingel bell, sjingel bell sjingel the weej”. Het is heerlijk met die gozer, alle mensen geven van die vertederende blikken naar hem. Hij is tenslotte meer dan schattig op deze leeftijd en met dit gedrag… zucht.

Thuis moest de belofte ingevuld worden. Met de muis heeft hij nu eindelijk door dat de bewegingen van dat ding, vertaalt worden naar het pijltje. Dus kun je hem vragen om iets aan te wijzen op het scherm en dat lukt hem al vrij aardig. Klikken kon hij nog niet, tenminste tot gisteravond niet. Ik had de PC die op de TV aangesloten is aangedaan en Nijntje erop. Met de simpele instructie: “dit handje is om aan te wijzen en met je andere handje moet je hier klikken” ging hij aan het werk, en hoe. Meer dan een half uur inspannen de kleurplaat van Boris kleuren. Eerst alles groen, daarna geel en wit en daarna… Hij vertelde en kleurde erop los. Totdat hij naar bed toe moest en hij zijn handje en polsje een rondje liet draaien. “Pijn” zij hij. Nu al RSI.

jaar 2.8 een mayonaise allergie?

Kijk eens goed op zijn wang. Ja, dubbelklik op de foto en hij vergroot wat em als je het goed ziet, zie je een rode plek. Dat krijgt ie als hij mayo op zijn wang krijgt en het er niet meteen vanaf gehaald wordt. We heben het al een paar keer gemerkt, maar het is toch echt. Ik heb er nog nooit van gehoord. Mayonaise is een eenvoudig goedje met weinig huid onvriendelijke stoffen: Ei wordt door sommigen in het haar gesmeerd, olie is alleen maar vet en wat mosterd is dan de enige verdachte. er zitten natuurlijk een beetje peper achtige stoffen in en misschien is zijn gevoelige huidje daar extra gevoelig voor. Het zou kunnen. Feit blijft dat als hij lekker patat aan het eten is, we meteen moeten poetsen want anders komen de rode vlekken. 

Onze Chris is een nieuwe-tijds-kind als het gaat om overgevoeligheden. Het is zo opvallend dat er allerlei nieuwe overgevoeligheden de grond uit spruiten, alsof ze er altijd geweest zijn. Als je erop let komt het zoveel in het nieuws. Laatst was er een meneer die niet tegen electromagnetische straling kon. Dus geen enkel electrisch apparaat in zijn huis te vinden. Of de beroemde overgevoeligheden voor geuren en chemische (lees synthetische) stoffen. Van die mensen die alles geur en parfumvrij moeten hebben. Maar het gaat ook nog soms verder. Mensen die geuren ruiken van synthetische stoffen, daar op reageren natuurlijk, zelfs als andere mensen het niet kunnen ruiken. Het gaat erg ver. Maar je hoort mij niet zeggen dat het niet zou kunnen of dat het onzin is. Ik ken helaas een paar  mensen die spontaan beginnen te kuchen als ik nog niets ruik en zij al een geurkaarsen winkel op 500 meter waarnemen. Er zit een kern in.

Maar waar stopt het? Is dit hoe de mensheid zichzelf vernietigd? Geen atoombommen of chemische wapens, maar allergisch voor alles worden, je lichaam die zich evolutionair verzet tegen de snelheid van ontwikkeling. Het is overigens echt iets westers. Iets voor mensen die in de technologische samenleving veel tijd hebben om te letten op de gevolgen van bepaalde invloeden op het leven. Ik denk als ik een hardwerkende boer zou zijn, zo’n tweehonderd jaar geleden en thuiskomen met de familie patatjes zou eten met mayo, ik niet echt oog zou hebben voor dat kleine miniscule vlekje in Chris zijn gezicht. Er zouden andere dingen belangrijker zijn. Dus kom ik ook snel doorgeredeneerd op aangeleerd gedrag. Een hond kun je leren te gaan blaffen als hij wiet ruikt. Iemand die gestopt is met roken en alle negatieve gevoelens van het roken zoals afhankelijkheid, ongezondheid, verspilling, in de sigaret gestopt heeft, zal vreselijk zijn neus ophalen als een roker voorbijloopt. Misschien zal hij zelfs het gevoel krijgen dat hij geen lucht meer krijgt, of hoofdpijn of zoiet. Iedereen voelt zich wel eens niet helemaal jovel. En als je gaat nadenken is er altijd wel iets te verzinnen dat mogelijk een oorzaak zou kunnen zijn. Laatst las ik een verhaal dat tijdens de onderdekking en de invoering van het gebruik van de BH er vrouwen waren die beweerden dat zij er een hernia aan overhielden. Met medische dossiers die dit ondersteunden. Wat is waar? Bestaat allergie niet? Zijn al die mensen die in het voorjaar lopen te snuffen gewoonweg ongelukkig en is dit hun uitweg? Of moeten we accepteren dat wij mensen fijngevoeliger worden? Ik weet het niet.